Naar Purper:


JE MOET ZEILEN OP DE WIND VAN VANDAAG. DE WIND VAN GISTEREN HELPT JE NIET VOORUIT, DE WIND VAN MORGEN BLIJFT MISSCHIEN WEL UIT! tekst en uitvoering: PURPER

Ik hou van motto's, hoewel ik niet iemand ben die ze zelf verzint. Liever zoek ik naar bestaande motto's die aansluiten bij mijn (manier van) leven. De tekst van Purper is al sinds jaren mijn handelsmerk, maar sinds ons bezoek aan de musical "Soldaat van Oranje" is daar een tweede motto aan toegevoegd: Morgen is Vandaag! Eigenlijk zeggen beide motto's hetzelfde. Geniet nu, leef nu, doe nu!!! En dat blijf ik proberen!!!!!

zondag 27 mei 2018

Kennedymars Lauwersmeer

Tijdens de Wandelmarathon Egmond werden Mams en ik enthousiast gemaakt voor de eerste editie van de Kennedymars Lauwersmeer. Nu wilden wij sowieso dit jaar nog een Kennedymars lopen, omdat we dan onze 5e KM zouden volbrengen en dus een bronzen Kennedywalkermedaille zouden verdienen. Er werd gewikt en gewogen en uiteindelijk besloten we om ons in te schrijven. Er waren meer bekenden die deze KM wilden lopen, dus we zouden vast onderweg ook de nodige support krijgen.

Vrijdagmiddag vertrok ik richting Zoutkamp, waar Paps en Mams de caravan al eerder hadden neergezet voor een minivakantie. Paps en Mams waren de hort op toen ik aankwam, maar een klein stukje verderop zaten Hilly en Piet voor de caravan. Hilly ging op voor haar eerste KM, Piet laat deze idioterie aan zich voorbijgaan. Later troffen we ook Ate op de camping en zo was er al een leuk groepje wandelaars bijeen.

Na een relaxte middag gingen we niet al te laat naar bed, we moesten er vroeg uit zaterdagmorgen, de start stond gepland om 5.30 uur. Alle wandelspullen stonden al klaar, dus het was een kwestie van aankleden en wat eten en dan het veld oversteken naar de startlocatie.

Toen Mams en ik aankwamen bij de startlocatie stond er een hele lange rij wandelaars te wachten op hun scankaart. Wij sloten dus maar aan. We spotten ondertussen Martin, Tina, Hilly, Ate, Petra en Janke voor ons in de rij, wij waren dus de hekkensluiters van de ons bekende wandelaars. Helaas was er maar één scanapparaat, waardoor het inchecken langer duurde dan gepland. Mams haalde koffie en thee voor ons, terwijl ik de plek in de rij vasthield en toen bleek dat de man die voor ons stond ook wel koffie wilde, maar alleen was, zorgde Mams ook voor koffie voor hem.

Ondertussen was het half 6 en vertrokken de wandelaars. Mams en ik hadden onze scankaart 5 minuten later, toen was de meute al weg, maar Ate en Hilly hadden op ons gewacht, dus met zijn vieren vetrokken we voor een stukkie lopen van 80 km. De zon kwam net op, dat leverde mooie plaatjes op, dus er werd nog even stilgestaan voor een foto en daarna waren we echt los.




Na een klein stukje langs de doorgaande weg, mochten we deze oversteken, keurig onder begeleiding van verkeersregelaars. Na deze oversteek liepen we een natuurgebied in. In combinatie met de opkomende zon leverde dit prachtige plaatjes op. Voor en achter ons liepen diverse wandelaars en er werd flink gekletst met die en gene. Mams en ik werden aangesproken op de badge van de KM van de Afsluitdijk. Zelfs ruim 5 jaar na dato spreekt deze KM nog tot de verbeelding en dan ben je zo een heleboel kilometers verder.

Ondertussen irriteerde er iets onder mijn linkerhiel. Het leek een steentje, maar ik kreeg er geen beweging in, dus het leek mij stug dat het een steentje was, die kan ik meestal wel naar de zijkant schudden, zodat ik er geen last van heb. Maar dit obstakel zat vast op één plek. Helaas was er nergens een bankje en op de grond zitten, leek mij geen goed plan, dus liep ik maar gewoon door.

In de verte zagen we Martin, Petra en Janke lopen en ook Tina hadden we ondertussen gespot. Bij de eerste rust kwam het hele gezelschap samen. Of eigenlijk net voor de eerste rust, bij de toiletten. Net na de sanitaire voorzieningen werden we gescand en kregen we een pakje drinken en een koek. Ik ging er bij zitten, zodat ik mijn linkerschoen kon inspecteren. Er bleek toch sprake te zijn van een steentje, maar deze zat onder mijn binnenzool en gaf alsnog een drukpunt(je) onder mijn hiel. Snel dit ding verwijderd en toen gelijk maar beide schoenen compleet geïnspecteerd. Schoenen weer aan en daarna mijn broekspijpen afgeritst. Ik besloot om ze gewoon te laten zitten rond mijn enkels, dan kon ik ze makkelijk weer omhoog doen, mocht het kouder worden. Ik had nog geen tijd gehad om te eten en te drinken, maar de rest wilde verder. Eten en drinken deed ik dus lopend.






Nog 5 km te gaan naar de eerste rust. 


De pijlen vallen in ieder geval goed op.



De eerste 10 km zitten erop en nu zijn we op weg naar de tweede rust op 20 km. Petra en Janke zijn nog even blijven zitten en Tina is al eerder vertrokken, dat betekent dat we met zijn vijven verder gaan. We steken de sluis bij Dokkummer Zijlen over en even later slaan we af het Natuurpark Lauwersmeer in. We spotten paarden en we genieten van het uitzicht. Als we een prachtig bord tegen komen van het Natuurpark ontstaat er spontaan een fotomoment. De paparazzi is er niets bij.....




Ate probeert te vliegen....










Vlak na dit fotomoment verlieten we het asfaltpad en werden we via een avontuurlijk graspad verder gestuurd. Dit pad kwam uit bij een sluis waar een aantal lokalen de wandelaars stond te bekijken. Er werd gevraagd hoeveel kilometer we wilden lopen en toen ons antwoord was dat het om 80 km ging, werd er getwijfeld aan onze verstandelijke vermogens. Ach ja, dat doen we zelf ook.....










Na dit korte avontuur gingen we verder over een dijk. Deze dijk bracht ons naar Esonstad en een klein stukje verder bij de tweede rust op 20 km. Hier troffen we Tina weer en toen we aan de koffie zaten, sloten ook Petra en Janke weer bij ons aan. We hadden allemaal nog praatjes genoeg en genoeg energie. Net als bij de vorige post vertrok eerst Tina, daarna Ate en Hilly, toen Martin, mams en ik en Janke en Petra weer iets later.











Nu zou het stuk rondom het Lauwersmeer komen. Heel in de verte konden we de sluizen zien, daar moesten we heen. Dat betekende ook nu weer 10 km lopen. De wandelaars waren nu minder dik gezaaid, maar dat maakte ons niets uit. We waren wel blij met de harde wind, want de temperaturen liepen op tot tropische waarden. Hoeden en petten waren noodzakelijk, evenals voldoende vocht en voedsel. Over dit stuk valt niet zo hele veel te vertellen. Links een dijk, rechts de weg met daarnaast het Lauwersmeer en in de verte de sluizen die gelukkig wel steeds dichterbij kwamen. Net voorbij de sluizen stond de brug omhoog, we moesten dus wachten. Hier troffen we Ate en Hilly weer en ook Piet stond op ons te wachten. Hij was op de fiets gekomen om ons aan te moedigen.

Toen de brug weer was gezakt konden we verder. Het was nu gelukkig nog maar een klein stukje naar de derde rust, zodat we even later weer op een terras konden neerstrijken. Hier was Tina al neergestreken, zij had net niet hoeven wachten voor de brug. Toen we aan een bakkie zaten sloten ook Petra en Janke weer aan. De bende was weer compleet. Martin kwam tot de verrassende conclusie dat het hard waaide en hij kreeg het laatste blokje kaas. De tomaatjes van Ate vonden gretig aftrek, Janke zit hier op de maximale afstand die ze ooit gelopen heeft en de moed was ons nog niet in de schoenen gezakt. Tijd om verder te gaan dus.
















Volgens één van de vrijwilligsters moesten we rechtdoor over de zwarte weg en deze blijven volgen, vooral niet afslaan. Nou, dat beloofde wat. Even later snapten we wat ze bedoelde. Er stond ons 14 km over de dijk te wachten.


Op zich een prachtig stuk, alleen een beetje jammer dat er geen vlak stukje was om over te lopen. We konden niet anders dan scheef lopen. In de verte liep Tina en na een stuk dijk, gaf Martin gas en ging hij bovenop de dijk lopen. Wij zagen hem langzaam steeds kleiner worden. Met Mams, Ate en Hilly liep ik verder over de dijk. We waren allemaal blij dat het flink bleef waaien, want anders was het niet te doen geweest met deze temperaturen. We vonden wel afleiding in alles wat er op de dijk te vinden was. Schelpen, schilden van krabbetjes, krabbepootjes, af en toe een karkas van een vogel, alleen de schapenkeutels vonden we niet zo geweldig. Na ruim 8 km bleek er een rust te zijn, daar waren we erg blij mee. Even zitten en vooral niet meer scheef lopen. Helaas bleek het scheef lopen voor de knie van Tina te veel te zijn geweest. Zij besloot om het bij 60 km te houden vandaag. We zaten net bij de rust toen er al mopperend een man van de verkeerde kant kwam aanlopen. Hij had ergens op de dijk deze verlaten en was toen gaan dwalen. Omdat hij er nu al 44 km op had zitten, zou de organisatie hem naar het 44 km-punt brengen, zodat hij die extra kilometers niet hoefde te lopen. Een mooie oplossing vonden wij, hoewel wij niet snapten waarom hij de dijk had verlaten.

Toen wij de rust verlieten waren Petra en Janke hier nog niet gearriveerd, maar via de app hielden we contact met elkaar.










Na deze rust gaan we aan de landzijde van de dijk verder. Gelukkig is er nog steeds wind daar, we waren even bang voor het bakoveneffect, maar dat valt mee. Na een half uurtje lopen geeft mijn GPS exact 40 km aan, we zijn dan 8 uur en 40 minuten onderweg. Voor Mams en mij een prima prestatie en het betekent ook dat we voor de volgende 40 km nog 10 uur en 20 minuten hebben. Normaal gesproken moet dat ruim voldoende tijd zijn om deze KM te volbrengen.

Na een poosje verlaten we de dijk en gaan rechtsaf een zandpad op. Hier hebben we de wind vol in de rug en treedt alsnog het bakoveneffect op. Man wat is het hier warm en benauwd. We zijn blij als we dit pad weer verlaten. Ondertussen zijn we onderweg naar de tassenpost en hopelijk een toilet. Als we bij de tassenpost aankomen blijkt dat we daar ook bouillon krijgen. Een zeer vriendelijke jongeman biedt mij een bekertje aan, maar ik bedank eerst vriendelijk, ik heb andere prioriteiten: Sanitaire Voorzieningen!!! Ik ben niet de enige, Martin rent bijna voor mij uit en in mijn kielzog volgt Hilly. Pfff, dat lucht op.

Eenmaal terug bij de zitplaatsen neem ik met plezier een bekertje bouillon aan en ik pik vervolgens mijn tas op. Ik heb sowieso mijn zaklamp en mijn reflecterende vestje nodig uit deze tas en ik wil ook de fourage in mijn rugzak even controleren en waar nodig aanvullen. Na even twijfelen ga ik ook voor schone sokken. Dus even de voetjes bloot en laten doorwaaien. Ook Martin, Ate, Hilly en Mams houden zo'n soort rust en we besluiten dan ook om hier iets langer te blijven zitten. Er wordt gesmeerd, geprikt, geplakt, gelucht, maar ook gegeten, gedronken en gedeeld. Als we op het punt van vertrekken staan, kijk ik Ate lief aan, hij gaat zijn tas terugbrengen en hij wil de mijne ook meenemen, heeft het lief kijken toch geholpen..... Ondertussen is de mopperende man van de vorige rust nu pas afgezet. Wat er allemaal is gebeurd wordt niet duidelijk, maar hij blijft mopperen en roept hele hard dat hij 6 km extra heeft gelopen. Als wij aangeven dat hij nu die 6 km toch heeft kunnen rusten, is hij stil. Natuurlijk is het allemaal balen, maar de iedereen doet zijn best om hem te helpen en mopperen helpt sowieso niet.





Na deze rust gaan we vol goede moed weer verder. We zijn over de helft, we hebben nog ruim voldoende tijd en we hebben even lekker kunnen bijkomen. Als er in de verte een ambulance met loeiende sirenes aankomt gaan we zo ver mogelijk aan de kant. Dat blijkt niet genoeg te zijn, we worden bijna van onze sokken gereden en moeten een noodsprong ver de berm in maken om niet omver gereden te worden. Man, wat schrikken. Het is maar 4 km tot de volgende rustpost, maar er is daar geen zitgelegenheid, als dan uit de beschrijving blijkt dat er weer een rust is, zo'n 5 km verderop, lopen we door. Helaas blijk ik een foutje te hebben gemaakt, de rust op 5 km is voor de 60 km, die voor de 80 km is 8 km verderop, dat betekent dat we nu 12 km door moeten. Oeps, dat valt niet mee na zo'n afstand. Gelukkig hebben we elkaar, maar de gespreksstof is na ruim 45 km een beetje op en de vermoeidheid slaat toe. Er volgt her en der een klein dipje. Toch is niemand van ons van plan om op de splitsing de 60 km-route te nemen.




Het leuke is dat er elke keer bekende stukjes in de route zitten. Deze stukjes hebben een aantal van ons eerder gelopen tijdens de verschillende edities van de Tocht om de Noord. Dat geeft dan op de één of andere manier toch weer wat energie. Even later begint Hilly wat te trekken met haar been, ze heeft last van haar scheenbeen. Even stilstaan lijkt te helpen.

Dan stopt er ineens een busje naast ons, het is de Sjeik. Hij is al lange tijd geblesseerd en komt ons nu opzoeken om ons een hart onder de riem te steken. Hij blijft even naast ons rijden, maar als er tegenliggers aankomen, moet hij aan de kant. Als de tegenliggers voorbij zijn, sluit hij weer aan. We kletsen even en laten de Sjeik dan weten waar onze volgende rust is. Die gaat hij opzoeken, dan treffen we hem daar. Dit bezoek geeft ons weer wat energie en vol goede moed gaan we verder.

Tot Hilly aangeeft dat het echt niet meer gaat. Bij elke stap schieten er steken door haar scheenbeen en elke stap levert pijn op, veel pijn. In een rustig tempo gaat ze verder tot de rustpost. Ate blijft bij haar. Martin ruikt de rust en geeft gas, terwijl ik Mams in de gaten hou, zij zwalkt een beetje. En zo bereiken we Schaphalsterzijl. Het gaat hier om een wagenrust en er zijn geen zitplaatsen. De Sjeik is nu de redding. Ten eerste omdat zijn bus zorgt voor een schaduwplek. De voltallige achterhoede zoekt hier een plekje uit de zon en ten tweede omdat hij de zijdeur van zijn bus open doet, zodat Mams en ik niet op de grond hoeven te zitten. En dat komt dan nog bovenop het feit dat we simpelweg blij zijn om hem weer te zien.

Als Mams wat gegeten heeft, krijgt ze weer praatjes, haar gezwalk kwam dus omdat ze voedsel nodig had. Na een poosje gaan we weer verder. De Sjeik is bereid om Hilly terug te brengen naar de camping, helaas moeten we van haar afscheid nemen. Een moeilijke maar verstandige beslissing. Later blijkt dat ze (gelukkig) nog wel de medaille van de 60 km-mars heeft gekregen. Niet waar ze voor ging, maar in ieder geval nog een beloning.

Petra en Janke gaven aan dat ze zo'n 5 km voor Schaphalsterzijl liepen, een uur achter ons dus. Op een afstand die finishen binnen de tijd zeker nog mogelijk maakte.






Ook nu liepen we weer op een stuk van de route van een eerdere TodN in de richting van Winsum, op weg naar Garnwerd. En daar keek ik echt naar uit. In Garnwerd zouden we er 64 km op hebben zitten, dat betekent dat het aftellen dan echt kan beginnen. Onder de 20 km is toch echt een psychologische grens voor mij. Maar eerst nog maar zien dat we daar zouden komen, het was nog ruim een uur lopen. Op een bepaald moment zagen we de molen van Garnwerd in de verte, jammer genoeg was er geen rechtstreekse verbinding, we moesten met een flinke bocht die kant op.

We werden ingehaald door een fietser die fietste met elektrische ondersteuning. Ik riep tegen mijn medewandelaars dat ik nu eigenlijk wel schoenen met elektrische ondersteuning wilde en dat ik het belachelijk vond dat die nog niet waren uitgevonden. Daarover pratend bereikten we dan toch eindelijk Garnwerd. De rust was in een prachtige Tjalk, maar voor we daar naar binnen gingen, bezochten Martin, Mams en ik eerst het toilet. Helaas moesten we daarvoor een trap af en die moesten na het ledigen van de blaas ook weer op. Bij de Tjalk kreeg Mams ondersteuning van Martin en toen konden we lekker zitten en aan de soep. Hoewel die soep niet voor iedereen gold. Er was alleen nog mosterdsoep en Martin houdt niet van mosterdsoep. gelukkig had hij nog het één en ander te eten bij zich, dus eten kon hij. We troffen hier ook weer onze mopperende medewandelaar en die houdt ook niet van mosterdsoep. In het kwartier dat wij daar zaten heeft hij dat minstens 20 keer verteld. Wij denken dat hij beroepsmopperaar is. Stiekem moesten we er wel om lachen en ach, hij deed verder niemand kwaad.


Ik dacht: "Ik maak even een schaduwfoto." 

En dat dacht Ate, die achter mij liep ook!! 



O nee, het was de Tjalk af. 


En nu kon het echte aftellen beginnen. Ondertussen kregen we het bericht dat Tina binnen was na haar 60 km. Ook een prachtige prestatie. Janke en Petra waren net voorbij Schaphalsterzijl en Hilly zat weer veilig op de camping. En nu de laatste loodjes. Op naar de laatste rust op 74 km, dus 10 km te gaan. Deze rust heeft de intrigerende naam Electra, misschien kunnen we daar wel aan de lader, zodat de laatste 6 km onder onze voeten doorschieten. Dan dus toch schoenen met elektrische ondersteuning. Maar eerst maar eens de nog te lopen afstand beneden de 10 km zien te krijgen.

Vanaf Garnwerd ging het door diverse kleine dorpjes. Martin en Ate liepen voor Mams en mij uit, hun tempo was iets hoger, maar dat is geen probleem, dat is bekend. Mams en ik liepen gewoon rustig verder. We bedachten wel dat we eventueel zelf nog even konden gaan zitten, na ruim 60 km lopen, is 10 km best een eind. Op een bepaald moment zagen we in de verte een bushokje, dat leek ons een mooie plek. Helaas zat er geen bankje meer in het bushokje, dus bij nader inzien toch geen goede plek, doorlopen dus. We kregen van de organisatie nog water aangeboden, maar we hadden beiden de waterzak in Garnwerd nog bijgevuld, dus dat was niet nodig. Even later begon mijn linkerhiel weer vervelend te doen. Nu kwam het dus helemaal goed uit dat we een bankje tegenkwamen. Ik controleerde mijn hiel en constateerde een dikke blaar. Met minder dan 10 km nog te gaan op de teller besloot ik iets te doen wat ab-so-luut niet mag. Ik zette de schaar in de blaar. Als ik zou prikken, zou de blaar zo weer vollopen en daar zat ik nu niet op te wachten. Natuurlijk wel alles goed ontsmet voor de sok en de schoen weer aangingen.

En weer door, op naar Electra. Het was ondertussen half 10 en EIN-DE-LIJK begon het af te koelen. Dat mocht ook wel een keer, want de zon ging bijna onder. En dat was dan wel weer genieten.





Ondertussen hadden Mams en ik de pas er weer flink in, we hoopten dan ook dat we Electra zouden bereiken voor het echt donker werd, dan konden we in alle rust zorgen voor onze zichtbaarheid. We kwamen nog even op een twijfelpunt, rechtdoor of rechts, maar een telefoontje naar Martin hielp ons verder. Ondertussen hadden Mams en ik het idee dat we al veel meer dan 10 km gelopen hadden. een medewandelaarster, die we achterop liepen, had hetzelfde idee. Omdat het nu toch wel wat schemerig werd besloten we om met zijn drieën verder te gaan tot Electra. En man, wat waren we blij toen we daar waren. We werden met open armen ontvangen en voorzien van een natje en of droogje. Hier hoorden we dat m er meer wandelaars waren die het idee hadden dat er meet dan 10 km tussen beide rusten zat.


Martin is klaar voor de laatste loodjes.....

We vertrokken met zijn vieren: Martin, Ate, Mams en ik. We kregen gezelschap van een meneer die vroeg of hij zich bij ons mocht aansluiten omdat hij niet zo goed ziet in het donker. Dat vonden we geen probleem. Het eerste stuk in het donker ging langs de doorgaande weg, toch wel een beetje spannend als er van alle kanten nog auto's komen. Gelukkig mochten we de weg snel verlaten en liepen we over een zandpad verder. Martin kon niet zo goed meer langzamer lopen, dus hij liep door in zijn eigen tempo. Mams en ik hadden hetzelfde probleem, maar de meneer die zich bij ons had aangesloten ons tempo niet bijhouden. Gelukkig wierp Ate zich op als de reddende engel, hij bleef bij deze meneer.

Net voor we vertrokken kregen we bericht van Janke en Petra, zij stopten. Na 68 km was het op. Ze hebben een topprestatie geleverd. De organisatie zou hen oppikken en terugbrengen naar de finishlocatie. En daar zou mevrouw Martin ervoor zorgen dat zij weer veilig thuis kwamen. Wat fijn dat we zo goed voor elkaar zorgen.

Op een splitsing stond Martin ons op te wachten. Volgens de app moesten we rechtdoor, maar de pijlen gaven links aan. Omdat er al wandelaars voor ons liepen op de linkerroute, besloten we om daar maar achteraan te gaan. We waren net weer op weg toen mijn linkerhiel besloot dat het mooi genoeg was geweest voor vandaag. Ik had het gevoel dat mijn huis driedubbel gevouwen onder mijn hiel heen en weer schoof. Man wat deed dat zeer. Maar met nog 4 km te gaan, ging ik echt niet opgeven. Ik klemde mijn kiezen op elkaar en liep gewoon door. Ik weet van mijzelf dat ik "door de pijn heen" kan lopen als ik het kan opbrengen om normaal te lopen. Het betekent alleen wel even bikkelen. Gelukkig lukte het ook nu weer, maar het betekende ook dat stoppen geen optie meer was. Zodra ik in zo'n geval stil ga staan en weer moet opstarten, is de pijn in alle hevigheid terug.

We namen contact op met Paps om hem te vragen om met onze douchspullen naar de finishlocatie te komen. De douches bevonden zich namelijk bij de finishlocatie en dan was het niet nodig om heen en weer te lopen naar de caravan. En na de finish telt elke meter...

Maar bij die finish waren we nog niet. Eerst liepen we nog een stuk langs het Reitdiep, met aan de overkant de camping. Eind in zicht, maar nog ver buiten bereik. Voor we Zoutkamp weer bereikten liepen we nog een stuk over een zeer donker bospad, gelukkig wel verhard. Toen we hier liepen, belde Paps om te vragen waar we waren. Mams beantwoordde die vraag met de mededeling dat we in het donkere bos waren. Van vermoeidheid kon ze ven niet verzinnen waar we waren. Gelukkig kon ze daarna zeggen dat we Zoutkamp hadden bereikt en dat we er dus echt bijna waren!!!

Een fietser kwam ons tegemoet en dat bleek een mevrouw van de organisatie te zijn. Zij hielp ons in de goede richting en zo bereikten we Zoutkamp. Na het oversteken van het Reitdiep was het nog een paar honderd meter naar de ingang van de camping. En daar stond Paps ons op te wachten. Mams en ik kregen een knuffel en Martin kreeg de felicitaties. We legden de lange weg naar de finishlocatie af en meldden ons af. Over deze Kennedymars deden we achttien-en-een-half uur. Paps kwam met onze douchespullen en wij wachten met smart op Ate en de meneer. Gelukkig kwamen ze snel na ons binnen. Voor Mams en mij is Kennedymars nummer 5 een feit!!!




En toen was het tijd om de schoenen uit te doen en dat was toch even schrikken voor mij. Het is toch wel erg lang geleden dat ik zulke blaren heb gelopen. Hieronder een kleine selectie.





Mams en ik namen afscheid van Martin, die nog wachtte op mevrouw Martin, en Ate, die naar zijn tent ging. We genoten van de douche en besloten dat we in de caravan nog een borreltje zouden drinken op de rand van ons bed. Konden we zo omvallen. Welterusten!!!