Naar Purper:


JE MOET ZEILEN OP DE WIND VAN VANDAAG. DE WIND VAN GISTEREN HELPT JE NIET VOORUIT, DE WIND VAN MORGEN BLIJFT MISSCHIEN WEL UIT! tekst en uitvoering: PURPER

Ik hou van motto's, hoewel ik niet iemand ben die ze zelf verzint. Liever zoek ik naar bestaande motto's die aansluiten bij mijn (manier van) leven. De tekst van Purper is al sinds jaren mijn handelsmerk, maar sinds ons bezoek aan de musical "Soldaat van Oranje" is daar een tweede motto aan toegevoegd: Morgen is Vandaag! Eigenlijk zeggen beide motto's hetzelfde. Geniet nu, leef nu, doe nu!!! En dat blijf ik proberen!!!!!

zaterdag 7 september 2019

Airborne wandeltocht, Oosterbeek

Jaaaaaaaren geleden liepen Mams, de Wandelkerel en ik de Airborne wandeltocht in Oosterbeek. We hebben toen genoten van de 15 km, maar de jaren daarna was er elke keer een reden om niet naar Oosterbeek af te reizen. Dit jaar besloten Mams en ik om deze bijzondere tocht weer een keer te bezoeken. En dit keer gingen we met de trein.

Maar om bij het station te komen, moesten we een klein stukje met de auto. En tijdens die rit werden we getrakteerd op een flinke bui.


We namen de vroegst mogelijke trein en dan zouden we rond half 10 in Oosterbeek aankomen, mooi op tijd voor de start om 10 uur. In de trein troffen we een veteraan en de reis naar Arnhem vloog dan ook voorbij, zeker omdat het aantal wandelaars elk station vanaf Zwolle toenam.

In Arnhem moesten we overstappen, maar we hadden nog geen twee stappen op het perron gezet toen de mededeling kwam dat het station op last van brandweer en politie werd ontruimd en dat we spoedig mogelijk het station moesten ontruimen. Nou lekker dan, wij naar de uitgang.


Eenmaal buiten het station bleek dat we aan de verkeerde kant het station hadden verlaten, het busstation was aan de andere kant. Via een spoorbrug en een stukkie lopen, kwamen we bij het busstation, waar het ondertussen rete-druk was. Vele wandelaars hadden direct de goede uitgang gekozen en er stond werkelijk waar een rij van honderden meters bij het busperron waar de bus naar Oosterbeek vertrok.

Mams en ik moesten eerst een Ov-kaart opwaarderen en ondertussen hadden we contact met Ate, die ook zijn vroegste trein had genomen, een half uur na ons. Mams en ik vonden, met tussenkomst van Ate, een ander busperron waar vandaan een bus richting Oosterbeek zou vertrekken en daar was het veel rustiger. Toen de bus er was, bleek waarom, deze bus ging slechts tot de rand van Arnhem.

Ondertussen zagen we al van verre dat de rij bij het andere busperron explosief was gegroeid. Maar de redding was nabij, want toen we langs de ingang van het station liepen, hoorden we dat er op het station weer werd omgeroepen dat er treinen vertrokken. En net op dat moment kregen we een appje van Ate dat hij met de trein kon verder reizen. Dus Mams en ik snel het station op en zo konden we samen met Ate verder reizen richting Oosterbeek.

Op het station in Oosterbeek liep de trein leeg en er ontstonden lange rijen richting de uitgang van het station. In de meute liepen we richting de start en uiteindelijk gingen we om kwart over 10 van start.





Direct vanaf de start is het een drukte van belang. We lopen tussen de gezinnen met kleine kinderen en bolderkarren en we genieten van het geroezemoes en de drukte om ons heen. Na het verlaten van het start- en finishterrein lopen we eerst vele kilometers door Oosterbeek. Soms schiet het op, soms staan we bijna stil en soms breken we bijna onze benen over de kleine kinderen en bolderkarren, kortom variatie genoeg.









Tegen de tijd dat we de bolderkarren en kleine kinderen een beetje zat worden, anderhalf uur over 6 km is voor ons toch wel iets te langzaam, zien we het station en vlak daarna de bordjes die de eerste splitsing aangeven. En daar zijn we toch wel blij mee, want we willen nu wel een keer gaan doorlopen. Dat heeft overigens niets te maken met het gezelschap, want we hebben met zijn drieën de grootste lol.



Die lol vergaat ons als we bij een oorlogsmonument komen, tenslotte is deze wandeltocht ter herdenking van de slag om Arnhem. En die lol vergaat ons, omdat er diverse mensen allerlei blije selfies (duimen omhoog, hartjes met de handen) maken bij dit monument. En ook ik maak een foto van dit monument, maar wel met de intentie om eerbied te doen en niet ter eigen eer en glorie. Sterker nog, als ik voorover gebogen sta om de tekst te lezen, klagen er nieuw aangekomen mensen, omdat ik in hun beeld sta. Vol verbazing en plaatsvervangende schaamte lopen we met zijn drieën door.




Vlak na dit monument komen we bij de oorlogsbegraafplaats van Oosterbeek, meer informatie vind je hier en hier. Op deze begraafplaats brengen we veel tijd door. Ik vind het altijd weer schokkend om te zien hoeveel (zeer) jonge mensen hier begraven liggen. En nu mijn kinderen de leeftijd hebben (17 en 19) die overeenkomt met begravenen hier, komt dit nog veel harder binnen. Zeker met in mijn achterhoofd de huidige ontwikkelingen in de wereld...…. Gelukkig staan er hier ook heel veel mensen stil.










En dan volgt uiteindelijk de splitsing met de 10 km en vlak daarna met de 15 km en dan dunt de meute aardig uit, de 25 km-lopers die overblijven zijn niet meer enorme getale aanwezig. Dus ondanks het feit dat we op een smal fietspad lopen hebben we nu wel de ruimte!!!



We slingeren een stuk over de heide en vervolgens komen we in Wolfheeze. Hier stond een tent met informatie over onder andere de Horsa zweefvliegtuigen. Hier brachten we dan ook weer flink wat tijd door. Hier leerden we dat de vrouwen (in afwezigheid van de mannen) ook een belangrijke rol speelden tijdens WO2. Ondertussen hadden we er zo'n 10 km opzitten, zodat we het dorpshuis vlak na het mini-museum vereerden met ons bezoek.



Na een lekker bakkie en een sanitaire stop gingen we vol goede moed weer verder, nu echt in het staartje van de 25 km-lopers. We hebben amper het dorpshuis verlaten of de lucht betrekt. En niet een beetje, binnen twee minuten gaat de lucht van lichtblauw naar donkergrijs. Voor de zekerheid zoeken we dus alle drie onze poncho op. Dat blijkt een goed plan, want van donkergrijs naar regen duurt nog geen twee minuten...



Nou, gelukkig vallen we op in de regen.....

Volgens Ate is het een buitje. Helaas duurt dat buitje van Ate minstens een uur...… Hij moet dus nog even studeren voor hij echt weerman kan worden.




Er zit niets anders op dan stug doorlopen. In Heelsum zien we een Airborne-monument. Als ik daar foto's van neem word ik door een Deense militair gewezen op de andere zijde van het monument. Daar blijkt een tekst op te staan. Na een foto van de andere kant gemaakt te hebben, tref ik de Deense militair weer, dus ik kan hem gelukkig nog bedanken voor de tip. Na een kort gesprekje zoek in Mams en Ate weer op, die braaf op mij staan te wachten...



Met zo'n poncho zie je er toch uit als een oranje Quasimodo.



Al snel na dit monument stopte het met regenen en kon de poncho uit. Sterker nog, de poncho moest uit, want de zon kwam er weer door. En zo konden we in de zon genieten van een heerlijk bakkie tomatensoep.







Net voor we verder wilden gaan ontdekte ik dat mijn waterzak leeg was. Dat verbaasde mij enigszins, want ik had niet het idee dat ik al ruim anderhalve liter water had gedronken, maar ja, de zak was wel leeg, Gelukkig kon ik hier bijvullen, dus probleem opgelost. We doorkruisten een klein stukje Doorwerth, een flink stuk bos, via het Dunoplateau, toen Heveadorp en weer een stuk bos. Allemaal superinteressante stukken van de route. Het ene stuk vanwege het natuurschoon, het andere stuk vanwege de geschiedenis, dan heb ik het over Heveadorp, waar veel informatie over te vinden is, bijvoorbeeld hier en hier.


















Net voor we Oosterbeek weer inlopen, voel ik dat er op mijn onderrug een natte plek zit. Als ik mijn tas controleer, blijkt mijn waterzak bijna leeg te zijn. Die moet dus ergens water lekken, want ik heb sinds de laatste rust echt geen anderhalve liter water gedronken. Helaas kan ik niet ontdekken waar het lek zit, dus voor de zekerheid giet ik mijn waterzak maar leeg. Als de nood aan de man is, heb ik nog een bidon.





Als wij Oosterbeek bereiken, zijn de festiviteiten al voorbij. Jammer voor ons, maar het zij zo. En net voor we finish bereiken, breekt de hemel ook nog even open. Gelukkig zien we dat ook nu weer aankomen, zodat we ook nu de poncho's bij de hand hebben. Vanonder mijn poncho maak ik nog wat foto's om de stortbui te in beeld te krijgen. Gelukkig blijkt het nu wel echt om een buitje te gaan.




Als we het start-  en finishterrein oplopen is het weer droog. We melden ons af en Mams en ik scoren een stempel voor ons wandelboekje. Omdat we nog een flinke reis voor de boeg hebben, besluiten we om een bakje kibbeling te scoren voor we naar de trein de gaan. Net voor we bij de viskraam komen, ligt er een flinke plas op het pad. Mams en ik hebben aan één blik genoeg, zonder een woord te zeggen springen we vol in de plas. Het gezicht van Ate is goud waard. Dit geldt overigens ook voor het jochie van een jaar of 10 dat ons tegemoet loopt.

Het blikje cola dat we bij de vis nuttigen krijgt een tikkie mee en dan is het tijd om richting het station te lopen. Ondanks de trage start was het een memorabele wandeling.





Geen opmerkingen: