Naar Purper:


JE MOET ZEILEN OP DE WIND VAN VANDAAG. DE WIND VAN GISTEREN HELPT JE NIET VOORUIT, DE WIND VAN MORGEN BLIJFT MISSCHIEN WEL UIT! tekst en uitvoering: PURPER

Ik hou van motto's, hoewel ik niet iemand ben die ze zelf verzint. Liever zoek ik naar bestaande motto's die aansluiten bij mijn (manier van) leven. De tekst van Purper is al sinds jaren mijn handelsmerk, maar sinds ons bezoek aan de musical "Soldaat van Oranje" is daar een tweede motto aan toegevoegd: Morgen is Vandaag! Eigenlijk zeggen beide motto's hetzelfde. Geniet nu, leef nu, doe nu!!! En dat blijf ik proberen!!!!!

zaterdag 8 januari 2011

Snertwandeltocht, Rottevalle

Net na 8 uur 's ochtends vertrokken Wandelmams en ik naar Rottevalle. Om 9 uur kwamen we daar aan, bij Paviljoen De Leijen. De parkeerplaats was een grote modderpoel, dus dat beloofde nog wat voor de tocht. Na het inschrijven, een plaspauze en het alles op zijn plek hijsen, konden we vertrekken. Bij de eerste stap buiten de deur, hadden we een prachtig uitzicht over het water, waarbij de zon ook nog even zijn best deed.
We vertrokken richting het dorp Rottevalle. Op de eerste kilometers kwamen ons nog een flink aantal auto's met wandelaars tegemoet. Na het doorkruisen van het dorp ging het verder. Ondertussen liet het zonnetje ons in de steek en werd de lucht steeds donkerder. Ook vielen er al een aantal druppels, maar die stelden nog niet zoveel voor.
Langs het water kwamen we in Opeinde. Door de Friezen dus De Pein genoemd. Langs het water stond een auto met trailer. Een man en een vrouw probeerden een bootje uit het water te halen. Ik vroeg me af of dat wel verstandig was, gezien de toestand van de bermen, maar al snel werd mijn aandacht weer afgeleid door de brug die we naderden. Twee bogen en onder de brug door een skutsje.

In Opeinde kwamen we bij de eerste rust bij korfbalvereniging De Pein. Hier dronken we een bakkie, kletsten wat met de EHBO, namen een plaspauze en gingen na een stief kwartiertje weer verder. Via een ommetje door Opeinde kwamen we weer bij dezelfde brug uit.
En we liepen dus langs de andere kant van het water weer verder (of terug, het is maar net hoe je het bekijkt). Mijn twijfels over het ophalen van het bootje werden bevestigd. Aan de overkant zagen we dat niet alleen de trailer, maar ook de auto, geen kant meer op konden. Muurvast in de berm. Er waren al diverse mensen bij, maar er was geen beweging te krijgen in de auto. Ik hoop dat ze iemand met een trekker hebben kunnen bereiken om de boel weer los te trekken.
Aan het einde van de weg, gingen we een schelpelpad op, richting een natuurgebied. Prachtig was het daar. Mooie vergezichten, veel water en vooral harde wind.
Sommige stukken van de sloten waren nog voorzien van een dikke ijslaag, terwijl andere delen alweer helemaal ijsvrij waren. Duidelijk was wel, dat er na de vorst bemalen is, want het water lag nu zeker 30-40 centimeter onder de ijsvloer.
Ook zagen we diverse vlaggen boven het riet uitsteken. Vanuit de verte had ik eerst nog het idee dat er een golfterrein achter het riet lag, maar dat bleek absoluut niet zo te zijn. Waar die vlaggen wel voor dienden....... geen idee!

Tegen de harde wind in, probeerde ik nog om op te stijgen, maar het wilde niet lukken. Wel moest ik mijn pet wat strakker zetten, want hij dreigde weg te waaien.

Ondertussen hield het op met zachtjes regenen en werden we langzaam maar zeker steeds natter. Na een flinke hoosbui kwamen we in Oostermeer (Eastermar). Een prachtig straatje met heerlijk schuine knotwilgen, die wat hulp nodig hadden om te voorkomen dat ze als brug zouden gaan dienen.
 
In de plaatselijke kroeg, was de tweede rust. Om een beetje op te drogen en weer warm te worden genoten we van een warme chocolademelk. Na de rust wachtte ons nog een stukje van 3 kilometer.
En wat voor 3 kilometer. Blubber, blubber en blubber. We hoorden onszelf lopen. Tsslub, tsslub, tsslub, glibber, tsslub, tsslub, tsslub, tsslub, spetter, spetter en weer verder.


Na al het geglibber en geploeter volgde nog een stukje verharde weg, een stukje schelpenpad en toen liepen we weer richting het paviljoen. Na een heerlijk bakkie snert en een gezellig gesprek gingen we naar huis. Een prachtige tocht, goed beschreven en gepijld, goede rustplaatsen en vriendelijk mensen. Een compliment voor de organisatie.


1 opmerking:

Wandelmams zei

Hoi Liesie
Wat was het koud hè! Ik dacht dat ik nooit meer warm werd.