De wekker stond vandaag extra vroeg, ik moest nog mijn voeten tapen, alle spullen inpakken en het huisje netjes achterlaten voor ik naar het station zou gaan. Ate en ik hadden afgesproken dat we de trein van 7.37 uur naar Uithuizen zouden nemen, dus reken maar uit. Toch had ik de wekker niet nodig, ik werd tien minuten voor hij zou gaan wakker.
En zo vertrok ik mooi op tijd, deze keer in de auto, naar het station, dan kon ik na afloop zo de auto inrollen. Bij het station stond Ate al op mij te wachten en samen liepen we naar het perron. Daar waren we niet de enige wandelaars, er stonden er al meer op de trein te wachten en uit de trein die wij namen, stapten ook weer wandelaars die vandaag de route Winsum-Zoutkamp-Winsum gingen lopen. Ik was alleen maar blij dat ik vandaag de kortste route nog moest. Om heel heel eerlijk te zijn weet ik niet of ik nog wel was gaan lopen met deze voeten als ik vandaag een lange route had moeten lopen of als Ate mij geen gezelschap zou houden. Maar gelukkig was de situatie voor mij gunstig en ging ik op pad voor dag 4.
Het eerste deel van de route vandaag was hetzelfde als het einde van gisteren, dus Uithuizen door naar Doodstil en dan naar de oude steenfabriek, waar dezelfde rust als gisteren op ons wachtte. Het duurde even voor ik op gang was, maar toen dat eenmaal zo was, liep ik weer prima, hoewel ik wel het idee had dat mijn tempo niet zo hoog lag. Maar we kwamen vooruit en dat is het belangrijkste.
Het was ontzettend mistig, waar ik gisteren bij het verlaten van Doodstil het plaatsnaambord van Uithuizen al kon zien, zagen we nu bij het verlaten va Uithuizen helemaal niets in de verte. We kwamen tot de conclusie dat het niet ver vooruit kunnen kijken ok een voordeel heeft, je ziet namelijk ook niet de lange rechte stukken voor je. En via die lange rechte stukken kwamen we op de Kennedymars over de Afsluitdijk en zo liepen we al kletsend door.
Het lange fietspad tussen Doodstil en de oude steenfabriek leek op deze manier een heel een stuk korter dan gisteren en na ruim een uur bereikten we dan ook de rust daar. Tijd voor een bakkie en taart en voor mij natuurlijk een sanitaire stop.......
En zo'n rust is leuk en voor mijn voeten noodzakelijk, maar het op gang komen is dan weer een drama, ik denk dat een schildpad mij had kunnen bijhouden de eerste paar honderd meter. Maar ook nu kwam het weer goed en in Rottum liep ik alweer (bijna) als een kievit.
Ondanks de mist was er genoeg te genieten. We hadden al sneeuwklokjes gezien, maar ook de eerste katjes zaten al aan de bomen en de druppels mist in Ates coronakapsel waren ook mooi om te zien. Ate is bijna klaar voor het liedje "Opa, schud eens met je wilde grijze haren" van K3. Er waren verder nog weinig op mensen op pad, alleen af en toe wat wielrenners, die we natuurlijk net op smalste punten troffen. Maar met goede wil van beide kanten verliep het allemaal soepel.
Ook nu kwamen we weer op een lange weg, niet dat we dat zagen, daar kwamen we pas achter toen we aan het einde waren. En aan dat einde lag Warffum. Ik wilde graag weer naar het toilet en wat eten. Ik merkte echt dat mijn lichaam hard moest werken om mij aan de wandel te houden, er werd vaker om brandstof gevraagd. Bij Spar in Warffum was er gelegenheid tot toiletteren, maar we waren wel te vroeg voor de traktatie, die kon vanaf twaalf uur gehaald worden en het was net elf uur. Geen traktatie dus. Ook hier zaten we even voor we weer verder gingen.
Bij de auto bedankte ik Ate voor zijn aangename gezelschap, wat was ik blij dat hij er vandaag bij was, en vervolgens ging ik in de auto zitten om mijn achterban te vertellen dat ik het gehaald had. Ik ben toch wel trots op mijzelf dat ik met zulke blaren deze 4daagse heb weten uit te lopen.
En wat ook verdiend is, complimenten voor de organisatie, wat was het fijn om in deze tijd georganiseerd te kunnen lopen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten