Naar Purper:


JE MOET ZEILEN OP DE WIND VAN VANDAAG. DE WIND VAN GISTEREN HELPT JE NIET VOORUIT, DE WIND VAN MORGEN BLIJFT MISSCHIEN WEL UIT! tekst en uitvoering: PURPER

Ik hou van motto's, hoewel ik niet iemand ben die ze zelf verzint. Liever zoek ik naar bestaande motto's die aansluiten bij mijn (manier van) leven. De tekst van Purper is al sinds jaren mijn handelsmerk, maar sinds ons bezoek aan de musical "Soldaat van Oranje" is daar een tweede motto aan toegevoegd: Morgen is Vandaag! Eigenlijk zeggen beide motto's hetzelfde. Geniet nu, leef nu, doe nu!!! En dat blijf ik proberen!!!!!

vrijdag 22 juli 2022

N4D dag 4, de dag van Cuijk

Vandaag weer een vroege start voor Dochterlief en mij. Ik ging er gelijk met de Wandelkerel uit en zorgde weer voor koffie voor Dochterlief. Dat was maar goed ook, want ze kwam zeer slecht op gang. Ze mopperde flink, maar dat is bij Dochterlief in zo'n geval een goed teken. Zolang ze nog moppert, is er nog hoop.

Voor we op weg gingen, plakte ik haar voeten af, dat lukte gisteravond niet, omdat de ontstane blaren nog niet droog waren. Vandaag gaan dus ook haar sandalen mee, dan is er in ieder geval vervangend schoeisel mochten de blaren opspelen. We gingen dus goed voorbereid op weg. Eenmaal op de fiets trok ze een beetje bij, maar ze gaf wel aan dat ze stijf was. Maar gelukkig hoorden we bij de 35.465 mensen die deze morgen weer van start mochten gaan.


Omdat we na het fietsen weer even stil hadden gestaan, kwam Dochterlief moeilijk op gang, ze had echt last van stijve spieren na alle regen en kou van gisteren en dat zelfs na een massage. Ik had geen problemen met starten en genoot van de drukte van deze laatste start van 2022.
 

We liepen weer de vertrouwde route door Nijmegen en na drie dagen begon Dochterlief bepaalde punten te herkennen. Niet dat dat hielp om haar tempo te verhogen, dat bleef onveranderd laag. Bij de oversteek van de Grootstalselaan moesten we even wachten. Op dat moment kwamen er heel veel luchtballonnen over, bijzonder om te zien. Net toen ik een foto wilde maken, mochten we weer verder. De foto maakte ik dus aan de overkant van de weg, terwijl ik Dochterlief gewoon liet doorlopen, de stop voor de oversteek leverde al gemopper op. Dat mopperen deed ze trouwens al de hele ochtend, ondanks de koffie....




Ik besloot om de ouderwetse truc van tussendoelen toe te passen, we gingen dus niet naar de finish, we gingen naar de eerste rust. Deze eerste rust zou voor ons aan de Sint Walrickweg zijn, dus nog wel even te gaan, maar in ieder geval minder ver weg dan de finish. Uiteindelijk bleek de rust dichterbij dan Dochterlief verwacht had, dus de eerste overwinning van vandaag was behaald. En die overwinning hadden we ook wel nodig, want het tempo lag onder de 5 km per uur.


Bij de rust haalde ik koffie en thee en ik vroeg wat Dochterlief wilde eten. Ze wilde niets eten. dat feest ging niet door, ze moest van mij iets eten. Nou, dat iets werd een gevulde koek, is tenminste een begin. Ik gaf aan dat ze meer moest eten, omdat ze anders later in de problemen zou komen en dat het feit dat ze geen trek had, een heel bekend verschijnsel is. Ik bood haar van alles aan, maar ze hield het bij nog een gevulde koek, en nog een en nog een. Ik zag de bui al hangen, want normaal gesproken eet ze weinig suiker, maar goed, ze had wel gedaan wat ik haar gevraagd had. 

Omdat ze last had van de blaren, stapte ze over op haar sandalen. En dat wil wat zeggen voor fashionista Dochterlief, want hoewel ze de sandalen had gekocht met dit doel, was ze eigenlijk van plan om ze niet te gebruiken, want sandalen zijn nog lelijker dan wandelschoenen.....

Ik stuurde een berichtje in W4W-app met de mededeling dat Dochterlief het zwaar had, dan zouden er wel reacties komen om haar sterkte te wensen, die kon ik dan op een later tijdstip gebruiken om haar op te beuren. We namen nog een een sanitaire stop en toen konden we weer (vol goede moed) verder.



Het volgende tussendoel was de rust aan het einde van de dijk naar Linden. Dochterlief kwam moeilijk op gang en verzuchtte na zo'n 300 meter dat ze het op de rust veel leuker vond. Ik schoot keihard in de lach toen ze dat zei, waarop ze zelf ook moest lachen. Bij de militaire rustpost scoorden we wat komkommertjes, dat leek mij met het oog op de vele suikers die Dochterlief naar binnen had gewerkt een verstandige afwisseling. 

In Overasselt was er nog even spektakel, er vloog een hond tussen de wandelaars door van de ene kant van de weg naar de andere kant van de weg. Aan die andere kant van de weg stond een man met zijn hond aan de lijn en daar ging de loslopende hond met flinke snelheid op af. Dat vond de hond aan de lijn niet leuk en die greep de aanstormende hond in zijn nekvel. Gelukkig liet de happende hond direct los toen zijn baasje dat zei, maar het baasje van de loslopende hond was niet blij en begon te roepen en tieren. Dat baasje werd direct van alle kanten aangesproken door omstanders. Wij lieten het er verder maar bij, maar het gaf Dochterlief wel even afleiding en Overasselt lag dus zo weer achter ons. Helaas voor mij zonder bezoek aan de kerk, dat durfde ik niet aan nu ze net weer een beetje op gang was.


We gingen de dijk naar Linden op en daar was het heerlijk wandelen, niet te koud, geen harde wind, niet te druk en een mooi uitzicht over het water. Helaas begonnen de gevulde koeken Dochterlief parten te spelen, ze begon zich misselijk te voelen en dat was haar ook wel aan te zien, ze zag spierwit in haar gezicht. Ik begion haar dus wat van de reacties in de W4W-app voor te lezen om haar een hart onder de riem te steken. Ze vond het leuk om te horen, maar uiteindelijk was ze zo beroerd dat ze langs de kant ging zitten met haar hoofd op haar knieën. Er zat voor mij niets anders op dan naast haar gaan staan en even afwachten.

Ik zag de meute voorbij wandelen en ontmoette diverse blikken, van medelijdend, meewarig, begripvol tot lacherig, ontwijkend en vriendelijk. Uiteindelijk stopte er ook iemand bij ons om te vragen wat er aan de hand was. Ik gaf aan dat Dochterlief misselijk was en toen bood deze dame druivensuiker aan. Ik gaf aan dat de suikers juist het probleem waren en dat dat dus geen goed idee was, maar natuurlijk bedankte ik haar wel hartelijk voor het aanbod. 
 
Toen deze dame weer verder liep, was Dochterlief weer wat opgeknapt en durfde ze het weer aan om verder te lopen. Wel wilde ze dolgraag contact met haar vader, maar daar moest ze nog even op wachten. De telefoon van Manlief staat op nachtstand tot 9 uur en het was nog geen 9 uur. Ze liep dus verder met de telefoon in haar hand, constant kijkend of het al 9 uur was. En toen eindelijk kon ze haar vader bellen. Ze stortte haar hart bij hem uit, terwijl ik ervoor zorgde dat ze in het gelid bleef lopen en niet van de dijk af kukelde. Manlief bleef met haar aan de lijn tot we bij de rust aan het einde van de dijk waren, weer een tussendoel gehaald.

Bij deze rust moest Dochterlief van mij verplicht een kop soep eten, hier knapte ze gelukkig weer wat van op. Zelf zoveel dat ze ook nog wat blokjes kaas en een paar tomaatjes at. Ook verzorgde ik haar blaren, maar ze besloot om toch nog even verder te gaan op haar sandalen. Voor de zekerheid nam ik nog twee blikjes cola mee voor onderweg, dat helpt tenslotte ook tegen misselijkheid.

Na de rust werd het volgende tussendoel Beers, met als tussen-tussendoel het dorp Linden, daar was voldoende afleiding te vinden. Op de brug richting Linden probeerde ik Dochterlief te laten genieten van het zicht op de dijk, maar ze stond er nog niet echt voor open. Even later raakte ze wel in gesprek met een wandelaar, en praten maakt haar altijd gelukkig, dus de brug waren we zo over.



In Linden genoten we volop van de daar aangeboden spelletjes en ik kreeg zelfs Dochterlief zo ver dat ze even meedeed. In de W4W-app had ik al het een en ander gezien, dus ik wist dat hier voldoende afleiding zou zijn. Lang leve Linden!!!










Ik liet Dochterlief weten dat we nu op weg gingen naar het tussendoel Beers en dat we daar weer even gingen zitten en wat gingen eten, bij voorkeur weer soep. Dat zag ze wel zitten, zeker toen we de kerktoren van Beers zagen, die niet zo heel ver weg was. Op de weg tussen Linden en Beers stonden runderen langs de weg en toen ik die wilde fotograferen, liet ik Dochterlief doorlopen, ik kon haar meet gemak weer inhalen en ik was blij dat er een redelijke gang inzat.



 
Terwijl wij daar liepen kregen we een berichtje in de W4W-app dat de Wandelkerel was gespot door twee vriendinnen die de 40 lopen. Toch knap dat ze elkaar net op dat kleine stukje in Beers waar de 40 en 50 km samen lopen treffen.


Een kwartier later waren Dochterlief en ik ook in Beers. Op het plein voor de kerk was een mega-terras aangelegd en nadat ik Dochterlief aan een tafeltje had geparkeerd, haalde ik verse, huisgemaakt soep voor ons. Terwijl ik in de rij stond, kreeg ik een appje van Manlief hoe het ging, dus zodra wij zaten vroeg ik mensen naast ons om een foto te maken. Het lukte Dochterlief om een klein lachje tevoorschijn te toveren, maar dat kwam misschien ook weel omdat ze haar voeten op mijn knie mocht leggen, bij gebrek aan een stoel.


Dochterlief besloot om haar schoenen weer een poosje aan te doen, haar sandalen geven minder steun en daardoor kreeg ze extra vermoeide voeten. Dat vond ik niet zo erg, want haar schoenen zaten in mijn tas en de sandalen hebben minder volume, dus dan kan mijn tas handiger worden ingepakt. Overigens droeg ik de schoenen met liefde voor haar. Ik wilde alleen maar dat ze de finish zou halen. (Mams deed hetzelfde voor mij in 2008 en 2013 toen ik het heel zwaar had, zal wel een moeder-dingetje zijn.)

Na deze rust gingen we weer verder, het volgende tussendoel was de militaire rustplaats na de oversteek van de pontonbrug. Gezien het feit dat de Wandelkerel net voor ons liep in Beers, verwachtte ik dat hij ons dan op die rust zou kunnen treffen. Dan konden we met zijn drieën op weg naar Mams, die op ons zou wachten bij de KWbN. We hadden verwacht dat we daar op de Wandelkerel zouden moeten wachten, maar gezien het tempo van Dochterlief vandaag werd de situatie anders. Helaas voor Mams moest zij dus alleen wachten....

Tussen Beers en Cuijk kreeg ik een berichtje van een bekende, dat zij op het industrieterrein van Cuijk stond en op welke locatie, leuk om naar uit te kijken. Maar eerst scoorden we een eitje en komkommer van LTO Nederland, net voor het tunneltje naar Cuijk. En tot mijn grote geluk werd er weer gezongen daar. Deze keer was het niet "You'll never walk alone", maar dat was misschien maar beter ook, want ik weet niet of ik het dan droog had gehouden......


Na het tunneltje bereikten we het industrieterrein van Cuijk en ik vond ook degene die mij een appje had gestuurd. Met een beetje pijn en moeite lukte het Dochterlief om er een lachje uit te persen, maar stilstaan wilde ze niet, dus na een snelle begroeting liepen we weer verder.


Ik vertelde Dochterlief dat we naar het feest in Cuijk konden, maar het feestbeest in haar werd vandaag niet wakker. Toch bleef ik tegen haar kletsen, ze vond het waarschijnlijk irritant, maar het gaf wel afleiding en daar ging het mij om. Ik liep dus zingend, kletsend en feestend door Cuijk met een redelijk stoïcijnse dochter naast me. Jammer voor haar, maar ik genoot van Cuijk.

Gelukkig kon ze nog wel een beetje genieten van de pontonbrug, hoewel ze wel hardop mopperde over de ribbels, hobbels, bobbels en gaten, die zeer deden aan haar toch al pijnlijke voeten. En dat begreep ik heel goed, zo'n pontonbrug is bepaald niet geasfalteerd.

Eenmaal de pontonbrug over streken we neer op de militaire rustplaats. Daar lag naast de toiletten een enorme "zak" met water. Deze zak werd gebruikt als zitplaats en als waterbed door diverse wandelaars en even later hoorden wij ook bij die diverse wandelaars. Ik liet de Wandelkerel weten dat wij op de militaire rustplaats waren en op dat moment kreeg ik een appje van Mams dat zij bij het KWbN-rustpunt was. Ondertussen had ik een bericht gekregen van René, hij zit net voor de KwbN-rustpost langs de kant van de weg. Ik geef deze informatie aan Mams door en zij besluit om hem op te zoeken en daar op ons te wachten. Bij bekenden is altijd leuker dan in je eentje op zo'n grote rustpost.

Ondertussen lag Dochterlief heerlijk te relaxen op de waterzak en besloot ik om een sanitaire stop te nemen. Op de weg terug naar Dochterlief trof ik de de Wandelkerel. Hij schoof ook aan op onze zitplek, zodat hij ook nog even kon bijkomen en daarna gingen we met zijn  drieën weer verder.








Ons volgende tussendoel werd dus René. 
 
Op de dijk vanaf de militaire rustplaats stond Farmers Defence Force met een versnapering voor de wandelaars. Dat lieten we niet aan ons voorbij gaan, net zoals de gladiolen die werden uitgedeeld, die kregen een plekje in de tas.

De aanwezigheid van de Wandelkerel gaf Dochterlief weer wat energie en toen ik  door twee Amerikanen werd aangesproken over de badge van de Camino werd ik door die twee belachelijk gemaakt in verband met mijn Engels. Schandalig natuurlijk, maar het gaf wel weer afleiding, dus ik vond het allang prima. We kwamen in Mook en daar zag Dochterlief weer bekende plekken, dat gaf haar wat moed. 

En zo bereikten we René en dus Mams. Dochterlief kreeg een stoel en een stuk meloen, de Wandelkerel pakte de stoeprand, Mams ging staan, ze had net een uur gezeten en ik bleef ook staan, dat kon ik wel aan. De Wandelkerel besloot om hier, traditiegetrouw, zijn slippers aan te doen. Niet dat hij problemen had met zijn voeten, helemaal niet zelfs, maar René zat op de plek waar eerder ongeveer de Oase stond en daar deed hij eerdere edities ook zijn slippers aan, dus nu ook. Dochterlief deed weer een wissel naar haar sandalen en zo konden we weer verder.





Het volgende tussendoel werd het begin van de Via Gladiola bij de Mac in Malden. Ondertussen voelde ik een blaar groeien op de plek waar gisteren een schaafplekje was ontstaan. Ik had die plek wel afgeplakt, maar dat was dus niet voldoende voor vandaag. Gezien de snelheid waarmee ik de blaar voelde groeien, ging ik er vanuit dat hij op korte termijn spontaan zou knappen. Misschien werd de blaar mede-veroorzaakt door het, voor mij, langzame lopen vandaag, maar hij was onmiskenbaar aanwezig.




Helaas werd het tussendoel van de Mac niet gehaald, Dochterlief stortte ondanks alle afleiding ineens volledig in, ze wilde zitten, zitten, zitten. Gelukkig zag ik enkele tientallen meters verder de vlag van Dr. Pain, dus daar sleepte ik haar naartoe. Toen ze eenmaal zat liepen de tranen over wangen. Ik probeerde haar over te halen om op de massagetafel te gaan liggen, maar ik kreeg geen contact. Ik liet haar dus over aan Dr. Pain, iets met vreemde ogen. Gelukkig wist Dr. Pain haar wel te bereiken en dus lag Dochterlief even later op de massagetafel.



Voor Mams, de Wandelkerel en mij zat er niets anders op dan wachten. Nu was er een voordeel aan de plek van Dr. Pain, hij stond tegenover de mensen van Bocht125 en die weten wel hoe je een feestje maakt. We deden niet mee met het feest, maar we genoten er wel van, we konden verder toch niets doen.





Dr. Pain wist de tranen te drogen, de benen weer wat soepeler te krijgen en Dochterlief een hart onder de riem te steken. We konden weer verder.

En zo gingen we alsnog naar de Mac, waar we besloten om een sanitaire stop te houden, zodat we de Via Gladiola in een keer konden bedwingen. Bij de Mac troffen we dezelfde bekende als in Cuijk, die nu Mams en mij vastlegde, de jeugd stond al in de rij bij het toilet. Bij het toilet hadden we uiteindelijk enorm leedvermaak. In het damesdeel waren vier toiletten, in het herendeel een toilet een een aantal urinoirs. De rij bij de heren was veel korter, dus een groepje dames bedacht dat het slim zou zijn om in de rij voor het herendeel te gaan staan. De heer voor de Wandelkerel wilde toch echt gebruik maken van het toilet, dus toen die vrij kwam dook deze man het toilet in. Daarna kwam er een urinoir vrij, maar deze sloeg de Wandelkerel ook over. De dames probeerden hem daar nog naar binnen te praten, maar dat lukte echt niet. Ondertussen was de rij bij de dames enorm opgeschoten, zelfs al zoveel dat er al dames aan de beurt waren die later waren gearriveerd dan de dames in de herenrij. Toen wilde een van die dames de oversteek maken naar de damesrij. Zij kreeg te verstaan dat ze dan achteraan moest sluiten, dat was natuurlijk niet de bedoeling. Vervolgens bonsden ze op de deur bij de Wandelkerel, die riep iets dat niet voor herhaling vatbaar is, maar wel zeer duidelijk. Geen groter vermaak dan leedvermaak. 
 
Overigens vormden al de rugzakken met gladiolen bij de toiletwagen een mooi plaatje....
 



En toen kwam ein-de-lijk de Via Gladiola. Ondanks alle afleiding en vertier werd het nog een strijd. Dochterlief is nog niet echt "wandelhard". Dat betekent dat ze nog niet weet dat pijn en ongemak hetzelfde blijft of je nu hard of langzaam loopt, dus bij pijn en ongemak ging ze steeds langzamer lopen. Met zijn drieën probeerden we er alles aan te doen om haar vooruit te krijgen, dat lukte met wisselend succes.

De Wandelkerel bleef trouw naast zijn zusje lopen, hoe hoog of hoe laag haar tempo ook was. Wandelmams zorgde voor wat verdovende middelen en ik bleef haar wijzen op diverse bijzonderheden op de Via. Bijvoorbeeld dat meisje dat zwaar ondersteund werd door haar vriendin, zij was er dus nog beter aan toe, want zij liep nog zelfstandig.

Op de tribune zochten we nog naar Fien en Sylvia, maar we waren zo laat dat zij al vertrokken waren. Jammer, maar begrijpelijk. En zo bereikten we uiteindelijk de allerlaatste bocht in het parcours, van de Oranjesingel naar de Prins Bernhardstraat en dus naar de finish.





De Wandelkerel en ik sleepten Dochterlief over de finish, terwijl Mams zorgde voor de foto's. Nadat we onder het finish-spandoek door waren gelopen, wilde Dochterlief maar een ding, een knuffel van haar broer. Die deed dat met liefde. Daarna stortte ze helemaal in en had ze mijn arm nodig om weer op gang te komen.
 


 
We gingen ieder naar ons eigen startbureau om onze beloning op te halen. Natuurlijk liep ik met Dochterlief mee, deze eerste, zware 4(3)-Daagse beloning moest worden vastgelegd.


We zochten elkaar weer op en zittend op de grond deden Mams en ik ook de grote wisseltruc, wandelschoenen voor sandalen. Helaas was mijn blaar niet spontaan geknapt, dus het uitdoen van mijn schoen was zeker geen feestje. Hoe zeker, was al snel zichtbaar, wat een knoeperd van een blaar had ik gekweekt. Zelfs Dochterlief vergat even haar eigen ellende bij het zien van dit exemplaar.


Nadat we even bij waren gekomen, besloten we om naar de fietsen te gaan, op naar de camping, de douche en de barbecue.


Op weg naar het Keizer Karelplein maakte ik een fout en die fout zorgde ervoor dat we in de oude binnenstad uitkwamen, waar we helaas niet mochten fietsen. Dat betekende dus dat wee een stuk moesten lopen. Ik voelde de dodelijke blikken van Dochterlief in mijn rug branden en ik zag haar gedachten weerspiegeld op haar gezicht als ik omkeek en die gedachten waren niet positief.

Gelukkig bereikten we het Kronenburgerpark en konden we weer verder op de fiets. Na een hete douche genoten we opgefrist van de barbecue op de camping. Eenmaal weer terug bij de caravan dook Dochterlief haar bed in, waarna er tot de volgende ochtend weinig meer van haar werd vernomen. De Wandelkerel keek zijn oma lief aan, hij mocht nog een nachtje bij haar logeren. Hij dook dus lekker oma's caravan in om tot rust te komen.
 
 
Wandelmams en ik besloten de N4D van 2022 voor de caravan met een laatste drankje om te proosten op het resultaat.

En mocht je nu denken dat Dochterlief genezen is van het lopen van de N4D, dan moet ik ontkennend antwoorden. Ze gaat, bij leven en welzijn, in 2023 voor nummer 2! En ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat ook de overige N4D-wandelaars van de familie weer aanwezig zullen zijn.