Naar Purper:


JE MOET ZEILEN OP DE WIND VAN VANDAAG. DE WIND VAN GISTEREN HELPT JE NIET VOORUIT, DE WIND VAN MORGEN BLIJFT MISSCHIEN WEL UIT! tekst en uitvoering: PURPER

Ik hou van motto's, hoewel ik niet iemand ben die ze zelf verzint. Liever zoek ik naar bestaande motto's die aansluiten bij mijn (manier van) leven. De tekst van Purper is al sinds jaren mijn handelsmerk, maar sinds ons bezoek aan de musical "Soldaat van Oranje" is daar een tweede motto aan toegevoegd: Morgen is Vandaag! Eigenlijk zeggen beide motto's hetzelfde. Geniet nu, leef nu, doe nu!!! En dat blijf ik proberen!!!!!

donderdag 30 juli 2020

Jacobsweg Nieumeghen, Arnhem-Nijmegen

Ook deze morgen ben ik weer wakker voor de wekker gaat, alleen vergeet ik deze keer om de wekker uit te zetten, zodat ik me even later alsnog de rambam schrik. Nou ja, ik ben in ieder geval goed wakker.

Ik schrijf eerst nog even het laatste stukje van het verslag van gisteren, onder het genot van een bakkie thee, voor ik de laatste dingen inpak en mijn ontbijt wegwerk. ik merk dat ik nu echt in de flow van het wandelen zit en dat ik het jammer vind dat vandaag de laatste dag is.  Nou ja, dan moet ik vandaag maar extra mijn best doen om te genieten.

Op het allerlaatste moment bedenk ik me dat ik nog contact op moet nemen met de Jacobskapel in Nijmegen voor de stempel. Vanwege het vroege tijdstip stuur ik een mailtje, wel vermeld ik mijn telefoonnummer voor de zekerheid. En dan trek ik de deur van mijn kamer dicht, ik ga op pad!

Ik zoek mijn weg naar de Eusebiuskerk en vind hem, wel via een omweg. Ik neem nog wat foto's en dan is het echt tijd om "serieus" op pad te gaan.





Vanaf de kerk is het een klein stukje naar alweer een brug, over de Neder-Rijn deze keer. Beneden zie ik mijn eigen schaduw over de brug lopen, eigenlijk ben ik maar een nietig wezentje. Ik ben nog niet halverwege de brug of ik word gebeld door iemand van de Jacobskapel, ik krijg telefoonnummers van een tweede persoon, die kan ik later bellen om mijn stempel(s) te krijgen. Fijn, dat is geregeld!


Aan het einde van de brug word ik Arnhem weer ingestuurd, niet echt een inspirerend stuk van de route, maar ja, ik moet Arnhem nou eenmaal uit en gelukkig loop ik niet langs een drukke doorgaande weg, het is hier rustig met verkeer. Langs het Gelredome kom ik in Elden, eerder een zelfstandig dorp, nu een wijk van Arnhem. Ik voel me nog steeds super en geniet met volle teugen. Ik voel nog steeds mijn voeten, maar op de één of andere manier is het vandaag minder erg en minder storend dan gisteren.

Bij het Gelredome vraag ik mij af aan welke kant wij het stadion altijd passeren op weg naar Nijmegen. Dat wordt mij duidelijk als ik links van mij het viaduct zie dat de 50 km-lopers oversteken tijdens de N4D. Ik stuur een berichtje aan de Wandelkerel of dit viaduct hem bekend voorkomt. Ik krijg als reactie dat hij een paar honderd man mist, maar dat het wel een bekend punt is. Ik loop nog een stukje door en dan bereik ik het viaduct waar de 40 km-lopers de A325 oversteken.



Ik besef nog maar eens hoezeer die 4Daagseweek voor mij onbetaalbaar is qua gevoel van vrijheid. Even los van allerlei verplichtingen, maar vooral even los van het mantelzorgen, even alleen maar rekening houden met mijzelf, niet constant "aan" staan om ervoor te zorgen dat Manlief niet tegen obstakels aanloopt. En juist dat gevoel van vrijheid heb ik nu ook. Ik heb de juiste beslissing genomen door nu op pelgrimstocht te gaan in eigen land.

Vanaf het viaduct volg ik een heel klein stukje 4Daagseroute om vervolgens tussen de Rijkerswoerdse Plassen door te gaan in plaats van eromheen zoals tijdens de N4D, maar ook op deze manier kwam ik in Elst. Net voor ik Elst inliep kreeg ik een appje. De persoon die ik zou kunnen bellen voor eens stempel van de Jacobskapel is niet thuis, maar ik krijg de gegevens van een derde persoon.




In Elst streek ik neer op een bankje en ik besloot om direct die derde persoon te bellen. Voor deze persoon bleek het ook niet uit te komen om 's middags naar de kapel te komen. We kwamen overeen dat er stempels via de post naar mij gestuurd zouden worden. Nu ik als pelgrim in/bij de Jacobskapel zou komen, wilde ik ook graag het officiële bewijs. Dan maar via een omweg.

Na ook de innerlijke mens versterkt te hebben ging ik weer verder. Dit stuk was wel het dieptepunt van de route, over een industrieterrein, maar gelukkig liet ik dat snel achter me en werd de omgeving weer mooi en rustig. Ondertussen werd het flink warm en pakte ik mijn hoed er weer bij, dat was echt wel nodig.


Er stopte een auto naast me, de bestuurder vroeg of ik niet liever een lift wilde, nou echt niet. Ik weigerde dan ook lachend, waarop de chauffeur en zijn bijrijdster mij lachend gelijk gaven en vervolgens wensten ze mij een fijne wandeling. Even verderop trok ik de stoute schoenen aan en besloot ik een helling van een viaduct op te "klimmen" in plaats van om te lopen. En zo bereik ik Ressen.

Ik werd langs de rand van Ressen gestuurd, langs appelboomgaarden. Ook toen ik Ressen weer verliet liep ik tussen de boomgaarden, nu ook met peren. Ik schrok enorm toen mijn telefoon ging, maar het bericht maakte alles goed. Er was toch iemand gevonden die de Jacobskapel voor mij kon openen, daar was ik erg blij mee, het is toch echter om de stempel daar te krijgen.





Van Ressen ging het richting Lent. In de verte zag ik de bovenkant van de Oversteek, dat betekende dat de Waalbrug ook niet ver weg kon zijn. Mijn einddoel kwam langzaam maar zeker dichterbij, maar gelukkig was ik eerst nog een stukje onderweg.

Ik tikte Bemmel aan en kwam vervolgens terecht op een stukje 4Daagseparcours. Ik onderdrukte de neiging om op de weg te gaan lopen (dat doe ik hier tenslotte altijd), dus het was maar goed dat ik al snel weer een andere weg werd opgestuurd. Ik kwam uit aan de rand van Lent in een park. Hier vond ik een bankje in de schaduw, tijd voor mijn tweede rust vandaag. Ik zat hier een poosje voor mij uit te staren, nog even genieten van het onderweg zijn. Voor ik weer verder ging at en dronk ik nog wat en toen was het tijd voor de laatste kilometers van deze pelgrimage.


Ik loop nog een stukje langs de rand van Lent en dan kom ik op de dijk langs de Spiegelwaal, met verderop de Waalbrug. Ik kijk nog even goed om me heen, naar de weidsheid van het landschap. Zo in de stad zal dat wel anders zijn. Onderaan de Waalbrug kijk ik omhoog, naar de trap die ik op moet. Voor mij op dit moment de overgang van onderweg zijn naar het einddoel bereiken. Op de Waalbrug denk ik vooral aan al die 4Daagses, elke editie is toch een unieke gebeurtenis, maar eenmaal aan de overkant zijn die gedachtes weer weg. Ze gaan weer naar Sint Jacob, naar San Tiago en naar hoe hij met mij mee gereisd is deze vijf dagen.






Ik word nog door een mooi stukje Nijmegen gestuurd, door het Hunnerpark, het Valkhofpark, over de Lieve Vrouwentrappen, langs de Stevenskerk en dan naar de Jacobskapel.








Eenmaal aangekomen bij de Jacobskapel ga ik eerst een poosje op een bankje zitten. Ik ben er. Aan de ene kant vol spijt dat het voorbij is, ik kwam er net lekker in, aan de andere kant trots dat het weer gelukt is en blij dat ik naar huis ga.




Na een poosje zo te hebben gezeten neem ik contact op met de mevrouw die mij de stempel gaat geven. Ze laat mij in de kapel en ik kijk naar het mooie houten kruis voor het glas-in-lood-raam. Ik zit hier even in stilte en dan krijg ik mijn stempel van de Jacobskapel. Het zit erop.


Op weg naar het station loop ik de Stevenskerk nog even binnen, maar al snel sta ik weer buiten. De afsluiting was toch echt in de Jacobskapel. Dus klaar, naar huis.

Op het station trek ik mijn schoenen uit en mijn slippers aan. Of mijn medereizigers daar blij mee zijn weet ik niet, maar ik ben het wel en mijn voeten ook.


In Meppel word ik opgehaald door de Wandelkerel en even later ben ik thuis. Blij met de prachtige dagen die achter me liggen en blij om weer thuis te zijn.

woensdag 29 juli 2020

Jacobsweg Nieumeghen, Doesburg-Arnhem

Om kwart over acht word ik verwacht aan het ontbijt. dan kan mijn gastheer namelijk om acht uur nog even snel vers brood halen bij de bakker. Hoezo verwennerij? Waar het gesprek gisteren stopte, gaat het nu verder. Een uur na de start van het ontbijt vertrek ik, op naar Arnhem.

Binnen een kwartier heb ik Doesburg achter me gelaten en ben ik de IJssel alweer over. De eerste plaats die ik vandaag aandoe is Ellecom. De weg ernaartoe is lang, recht en druk. Ik ben dan ook blij als ik het dorp zelf inloop, weg is het gezoef van auto's. In Ellecom loop ik langs de kerk en dan verlaat ik het dorp ook alweer snel. Via een lang , maar mooi, zandpad kom ik uit bij kasteel Middachten. De tuinmannen zijn druk aan het werk, maar even genieten van de tuin zit er niet in, alles is afgesloten. Ik loop dan ook om de kasteelmuur heen naar De Steeg. Hier vind ik een bankje, zodat ik even kan zitten voor ik de Posbank op ga. Terwijl ik daar zit, krijg ik een compliment over de tekst op mijn shirt. Dat is natuurlijk altijd leuk.











Minder leuk is dat ik merk dat mijn wandelzolen een update nodig hebben. Ik mis een stukje demping onder mijn voorvoet waardoor mijn voeten sneller vermoeid zijn. Nou ja, moet ik maar wat vaker gaan zitten.

Nadat de inwendige mens is verzorgd en de voeten een beetje zijn bijgekomen ga ik weer verder. Ik ben amper op gang als ik weer moet stoppen voor een trein, beetje jammer. Als ik een wildrooster ben gepasseerd en het terrein wat begint te klimmen en te dalen, pak ik mijn stokken erbij voor extra stevigheid en ondersteuning. Het voelt bijna weer als Spanje.

Het is ongelooflijk stil hier, ik hoor wind, ik hoor vogels, ik hoor dieren ritselen (en bij een flinke stijging mijn eigen ademhaling), maar er is geen menselijk geluid. Omdat ik wil genieten van de omgeving kijk ik elke keer een stuk vooruit in de routebeschrijving en op de digitale kaart en dan prent ik een stukje route in mijn hoofd. Dat doe ik ook als er staat aangegeven dat er een kelder ligt. Herkenbaar punt lijkt mij. Op een bepaald moment heb ik het gevoel dat ik bij die kelder moet zijn, maar ik zie niets wat daar op wijst. Volgens de digitale kaart heb ik gelijk en na nog eens goed kijken zie ik uiteindelijk een heel klein stukje metselwerk boven de grond uitsteken. Kelder gevonden.......





Slechts af en toe zie ik andere mensen en dat blijft zo tot ik de horecagelegenheid op de Posbank nader, hier wordt het drukker. Omdat ik trek begin te krijgen, besluit ik om hier wat te eten. Ik bestel een broodje eiersalade, dat lijkt me niet te ingewikkeld, want ik moet staande wachten op mijn bestelling en staan is nooit leuk na het wandelen. Helaas maakt het niet uit dat ik iets simpels heb besteld, het duurt alsnog lang. Samen met een andere vrouw verbaas ik mij over de werkwijze. Bestellingen komen in stukjes aan, je koffie is koud tegen de dat je gebak of broodje er is. Nou ja, het broodje smaakt goed. Na een sanitaire stop ga ik weer verder.




In eerste instantie is het nog redelijk druk, maar op een bepaald moment ben ik weer alleen. Ik loop over brede paden, over smalle paden, over bijna onzichtbare paden, omhoog en naar beneden, voor mijn gevoel loop ik hier uren, maar het verveelt niet. Uiteindelijk bereik ik Velp, hoewel ik niet echt in de bebouwde kom kom.







Langs de rand van Velp vind ik een plekje om even te zitten en om wat te eten en te drinken. Na deze rust ga ik weer verder, langs Rozendaal naar Arnhem. Ook Rozendaal doe ik niet echt aan, maar schamp ik slechts, wel door een prachtig park en langs een kasteel.



Het eerste stuk Arnhem is vre-se-lijk, alleen maar rechtdoor langs een doorgaande weg, kilometers lang. De verrassing komt als ik onder station Velperpoort door ben, dan is er bedrijvigheid en levendigheid. Ik berg mijn wandelstokken op om ongelukken te voorkomen en begin dan aan de laatste anderhalve kilometer van vandaag.

Ik ruik de stal, mijn tempo gaat weer omhoog en voor ik het weet sta ik voor de Eusebiuskerk. Hier krijg ik wel een stempel en dan dwaal ik nog even door de kerk.










Naar mijn slaapadres is het nog een krappe kilometer lopen. Eenmaal daar aangekomen duurt het even voor ik de moed gevonden heb om te gaan douchen, maar omdat ik weet dat ik me daarna een ander mens voel, doe ik het toch maar.

Ik kom tot de ontdekking dat ik alleen een bed heb geboekt, geen ontbijt, dus na mijn avondmaaltijd, een pizza, bezoek ik nog even een supermarkt om ontbijt te halen en noodrantsoen voor morgen onderweg. Ik hang nog een poosje op mijn bed en dan is het tijd om te gaan slapen. Morgen nog één dag wandelen en dan zit het avontuur er weer op.