Naar Purper:


JE MOET ZEILEN OP DE WIND VAN VANDAAG. DE WIND VAN GISTEREN HELPT JE NIET VOORUIT, DE WIND VAN MORGEN BLIJFT MISSCHIEN WEL UIT! tekst en uitvoering: PURPER

Ik hou van motto's, hoewel ik niet iemand ben die ze zelf verzint. Liever zoek ik naar bestaande motto's die aansluiten bij mijn (manier van) leven. De tekst van Purper is al sinds jaren mijn handelsmerk, maar sinds ons bezoek aan de musical "Soldaat van Oranje" is daar een tweede motto aan toegevoegd: Morgen is Vandaag! Eigenlijk zeggen beide motto's hetzelfde. Geniet nu, leef nu, doe nu!!! En dat blijf ik proberen!!!!!

zaterdag 4 juni 2016

Brocken Aufstieg, dag 1

Deze zaterdag rammelt de wekker om half vier. Dat is heel vroeg. Zeker na de dag van gisteren, want gisteren zijn Wandelmams, de Wandelkerel en ik naar Sankt Andreasberg in de Harz gereden. Daar ontmoeten we in ons tijdelijk onderkomen de vijf andere Nederlanders uit ons wandelgezelschap. Even later maken we kennis met twee Duitse wandelaars en met zijn tienen bevolken we de plaatselijke pizzeria. Daar is het uitermate gezellig, maar het eten laat helaas wat lang op zich wachten, zodat we pas om half elf weer richting tijdelijk onderkomen vertrekken. En dan is de wekker 's ochtend som half vier wel heel vroeg.

Langzaam komen we op gang, gesteund door de geluiden die we horen van de gang en uit de andere kamers. Tegen vier uur zitten we in twee auto's. We pikken onze Duitse vrienden op en rijden naar Bad Lauterberg. Daar stappen we in de taxi naar Gottingen, waar de start zal zijn van de Brocken Aufstieg. Een tweedaagse wandeltocht van 87 km in totaal, waarbij de finish is op de hoogste berg van Harz, de Brocken, op 1142 m. Tijdens die 87 km zullen we stijgen en dalen en dat is toch wel wat ons het meeste bezig houdt, dat stijgen en dalen.....

Maar eerst maar eens naar de start. We zijn daar al om kwart over vijf, terwijl de start gepland staat voor zes uur. We zullen ons dus nog even moeten vermaken. Helaas is één van de bussen die wandelaars brengt vanuit Bad Lauterberg vertraagd, zodat pas om kwart over zes wordt begonnen met de officiële opening. De Hollanders worden nog even apart genoemd, het schijnt bijzonder te zijn dat er zoveel Nederlanders aanwezig zijn en uiteindelijk worden we om half zeven losgelaten.








We lopen achter de meute aan en het duurt even voor we doorhebben hoe de route wordt aangegeven. In het bos kunnen er geen pijlen op de grond gezet worden. De oplossing zijn pijlen van houtzaagsel....


In de meute is het wandelgezelschap verdeeld geraakt, maar dat hadden we ook niet anders verwacht, iedereen heeft een ander looptempo. En zo beland ik uiteindelijk ergens in de meute met de Wandelkerel voor mij en Wandelmams achter mij. En dat zal het grootste gedeelte van de dag zo blijven. Ik geniet van de mooie omgeving en moet lachen om de creativiteit van de pijlen makers.








En dan staat er een vlag van de organisatie die aangeeft dat de eerste rust in zicht komt. Bij deze rust zoeken we elkaar weer op. De voorraden worden aangevuld met drinken en fruit en er wordt gebruik gemaakt van de sanitaire voorzieningen. We blijken in de staart van het peloton te lopen, want nog voor iedereen weer zo ver is om te vertrekken wordt de boel weer ingepakt. De Wandelkerel wacht nog even op C, zij kunnen flink tempo lopen, dus ze halen ons wel in, terwijl de rest alweer op pad gaat.

Samen met Wandelmams ga ik weer op pad. Het eerste stukje is vlak, maar even later zien we een berg voor ons verschijnen. Als we een tweede keer kijken, zien we dat er mensen op de top lopen. Oeps, daar moeten wij dus ook heen. Het eerste stukje lopen we nog samen, maar berg op loop ik iets makkelijker, dus ik laat Mams achter me. Even later wordt ik ingehaald door de Wandelkerel, die me in genadeloos tempo voorbij loopt. Bewonderend kijk ik hem na. Wat loop hij toch ongelooflijk makkelijk.







Ook dit stuk loop ik "alleen" tussen alle anderen. Af en toe komt een begeleider op de fiets vragen of alles goed gaat en ik kan niet anders dan beamen dat het zo is. Ik loop heerlijk, hoewel het wel warm aan het worden is. En het shirt met lange mouwen is al uit en de broekspijpen zijn al ingekort. Toch vind ik het prima weer om te lopen tot nu toe. Als ik bovenop een berg loop, zie ik in de verte een geel stipje lopen, de Wandelkerel. Toch wel handig af en toe die felgele shirts. Ik besluit om een ijkpunt te nemen om te kijken hoe ver hij vooruit loopt. Als de Kerel bij een groepje bomen loopt, kijk ik op mijn GPS en als ik bij het groepje bomen ben, kijk ik weer. Hij loopt 650 meter voor mij. Lekker tempo heeft hij.

Vlak na mijn ijkpunt komen we bij de tweede rustpost. Hier krijgen we belegde broodjes, fruit en drinken. Ook hebben we hier de tijd om even te zitten, bij de vorige rust was die er nauwelijks. De Wandelkerel heeft last van hooikoorts en hij is zijn medicijnen vergeten. Al niesend en met rooie ogen zit hij aan tafel. Ook in mijn tas zit geen pil meer voor hem, dus hij moet zo door. Gelukkig had ik hem maar een keer of drie gezegd dat hij moest controleren of hij hooikoortsmedicijnen in zijn tas had...... Nou ja, hij liet zich het brood er niet minder om smaken. Een van onze Duitse vrienden stapt bij deze post uit. Jammer, maar als het niet gaat, kun je ook maar beter stoppen.






Na deze rust gaan we weer verder. Er heerst wat verwarring over wel of niet vertrekken, maar met de Wandelkerel en C vertrek ik toch maar, want ook nu is het overgrote deel van de wandelaars alweer lang en breed vertrokken. We zijn een goeie kilometer op weg als ik zie dat Wandelmams in haar eentje een stuk achter ons loopt. Ik besluit om op haar te wachten, terwijl de Wandelkerel en C doorlopen. Even later worden Wandemams en ik bijgehaald door L, die zich bij ons aansluit. We lopen heerlijk met zijn drieën te kletsen en na een pittige klim en een even pittige afdaling komen we in een dorpje, waar we gelukkig een verwijzing zien naar de volgend rustpost. De Wandelkerel en C zitten daar al op ons te wachten.

We vinden allemaal een plekje om te zitten en te eten. Uiteindelijk missen we nog twee wandelaars uit ons gezelschap. Net voor we besluiten te bellen, komt er één aan de post. De tweede bellen we om te vragen hoe het gaat. Zij geeft aan hier te stoppen en in de bus te stappen. Het warme, benauwde weer doet haar de das om.






We gaan weer verder, maar L moet haar schoenen nog aan doen. Omdat zij over het algemeen een hoger tempo loopt dan Wandelmams en wij, gaan wij alvast op pad. De Wandelkerel houdt het even vol met ons, maar al snel geeft hij weer gas en zien we hem verdwijnen.

We zien L eerst dichterbij komen, maar even later is ze weer verder weg, vast even stilgestaan. Ondertussen stijgt het pad weer behoorlijk en ik loop weer ietsjes uit op Wandelmams. Ineens is L ook weer bij ons en met zijn drietjes dicht bij elkaar in de buurt lopen we door. Volgens de beschrijving die we hebben gekregen is de volgende rust op 7,2 km van de vorige, maar ineens zien we van zaagsel het woord Suppe geschreven staan en zijn we al bij die rust. Maar er zit zeker geen 7 km tussen deze en de vorige rust. Maar soep hebben we wel zin in. Helaas is de soep bijna op en dus moeten we twee kommen soep delen met zij drieën. L wil geen soep en wil ook niet meer verder lopen. Het lichaam protesteert te veel. ook zij gaat verder met de bus. Jammer.....




Na de soep gaan we verder. We lopen langs de bus en even rijdt de bus ons voorbij. We zwaaien naar L, die ons snel vastlegt en dan gaan we verder.



Het stuk dat nu volgt is zwaar. Hier waren we al min of meer voor gewaarschuwd door T, die al vaker de Brocken Aufstieg heeft gelopen. Wat zeker ook niet meewerkt is de felle zon, de hoge temperatuur en het gebrek aan schaduw. Ondertussen beginnen we ook tijdsdruk te voelen. We moeten officieel om vijf uur binnen zijn en het gaat nog een klus worden om dat te halen. Maar gezien het feit dat we vanmorgen ook een half uur te laat gestart zijn, rekenen we wel op enige coulance van de organisatie. Maar eerst maar eens zien dat we bij de laatste rust van deze dag komen. Vanaf hier is het nog 2 km, dus dan kunnen we goed inschatten of we tijd genoeg hebben.

Net voor we bij die rust zijn, krijg ik een berichtje van Manlief. Hij vraagt hoe het gaat en of we het gaan halen. Gelukkig kan ik antwoorden dat het goed gaat, maar ik kan nog niet zeggen of we het gaan halen. Net na half vijf zijn we bij de laatste rust en daar horen we dat we de etappe mogen afmaken. Gelukkig maar.





Nadat we verwend zijn door onze wandelvrienden, die met de bus naar deze rust zijn gereden om daar eventuele uitstappers op te pikken, gaan we op weg voor de laatste 2 km van vandaag. We zwaaien nog een keer naar de mensen op het terras en dan krijgen we de grootste schrik van vandaag. Er wacht ons een steile klim, een hele steile klim.


We zijn nog maar enkele tientallen meters op weg als de Wandelkerel mij om een zakdoek vraagt. Ik wil hem er zelf één laten pakken, maar dat blijkt niet te kunnen, hij heeft een bloedneus. Dus stilstaan, rugzak af, zakdoek pakken, neus dichtknijpen. Gelukkig stopt het bloeden snel en dan kunnen we weer verder. Wandelmams en C zijn dan al uit beeld verdwenen. De Wandelkerel en ik lopen stug door en we zijn blij als we Wandelmams zien staan. Zij is boven en dat we haar zien, betekent dat voor ons ook het eind van de klim in zicht is. In de schaduw van een viaduct snuit de Wandelkerel voorzichtig zijn neus, zodat hij weer lucht heeft en dan besluiten we om met zijn drietjes naar de finish te lopen. En die is er dan verbazingwekkend snel. Om kwart over vijf zijn we binnen. Erg moe en erg trots dat we het vandaag gered hebben.




Eenmaal terug in Sankt Andreasberg en na een frisse douche gaan we in het dorp nog wat eten. Maar we zorgen er wel voor dat we op tijd terug zijn. Morgen mogen we weer een dagje buiten spelen in de bergen.....

Geen opmerkingen: